
Het kleine meisje in mij
- Jennifer Dekker

- 2 okt
- 2 minuten om te lezen
Oh, wat voelde ik haar gisteren. De teleurstelling. Het kleine meisje in mij dat dacht het weer niet goed te hebben gedaan. En tegelijk het lef had om eindelijk om hulp te vragen. Aan mijn vader nog wel. En dat blijft spannend, want onder dat hulpvragen ligt angst. Angst voor afwijzing. Angst om teleur te stellen. En ook dat zware gevoel van falen. Van zelfveroordeling.
Waarom lukt het me nou niet om het allemaal zelf te dragen? Waarom kan ik het niet gewoon alleen regelen? Heel diep in mijn systeem zit een overtuiging, en ik weet nog niet waar die precies vandaan komt. Misschien is dat ook niet het belangrijkste. Want ƩƩn ding weet ik wel: wij worden niet geboren met overtuigingen. We worden niet geboren met angsten of gevoelens van tekort. We worden geboren in liefde. Met een verlangen naar veiligheid, naar geborgenheid. En pas als die onder druk komt te staan, neemt ons hoofd het over.
Het hoofd is slim en helpt ons vooruit, maar het sleurt ons ook terug naar het verleden of vooruit naar een toekomst die nog niemand kent. Het hoofd haalt ons uit het nu. Het hoofd ontneemt ons de kans om vanuit liefde te leven en te vertrouwen dat alles goed komt. Want het komt goed. Linksom of rechtsom. Het vraagt alleen vertrouwen, zelfliefde, moed en compassie.
Toen ik gisteren de telefoon pakte, mijn vraag stelde, voelde ik hoe klein ik werd. Mijn woorden struikelden over elkaar heen. Maar ik voelde ook mijn lichaam. Hoe alles zich vastzette. Mijn ruggenwervel werd stijf, de angst trok door mijn lijf. En toch ben ik daar dankbaar voor. Want jaren heb ik die angst niet gevoeld. Ik liep er gewoon aan voorbij. En gisteren kon ik ermee zijn. Gewoon aanwezig. In dat wat er was.
En ja, natuurlijk kwam ook de teleurstelling langs. En tegelijk besef ik: ik heb het geld dat ik vroeg gekregen. In dankbaarheid ontvangen. En meteen vloog het weer uit mijn handen, naar alle openstaande rekeningen. Zo snel als het binnenkwam, zo snel was het weg. Daar kon ik nog niet mee zijn. Ik heb het geld niet bewust geƫerd. Niet in alle rust de rekeningen betaald, met de volle aandacht die ik eigenlijk zou willen voelen.
Het was een bijzondere dag. Een dag vol wijsheid en inzichten. En ik ben trots op dat kleine meisje dat durfde uit te reiken. Ik ben trots op mezelf, dat ik stilsta bij wat ik heb gevoeld, dat ik mezelf de ruimte geef om te reflecteren en te leren.
Ik dank mezelf. Voor de moed. Voor de inzichten. Voor de lessen die ik mag meenemen. Voor het omzetten van pijn in wijsheid.
Ik dank, ik dank, ik dank.




Opmerkingen